Veelgestelde vragen

What’s in a name? Hoe zal het virtueel museum heten?

Het 'virtueel museum voor de geschiedenis en cultuur van Vlaanderen', afgekort VMGCV, is een werknaam. Nu het concept vaste vorm krijgt, verkennen we samen met een communicatiepartner de mogelijkheden van een andere naam die de lading beter dekt. We houden hierbij rekening met de feedback van de erfgoedsector en de bevindingen uit het publieksonderzoek.

Zijn er al andere virtuele musea?

We hebben wereldwijd gezocht naar een model voor het virtuele museum, maar dat vonden we nog niet. Wel zijn er vele knappe voorbeelden van interessante elementen zoals het gebruik van onder andere augmented reality, spel- en verteltechnieken en driedimensionele reconstructies van het verleden om bezoekers te boeien en de weg te wijzen naar ons erfgoed.

Hoe definieert het virtueel museum kernbegrippen als Vlaanderen, geschiedenis en cultuur?

Om op de vragen over de inhoud van het museum in te kunnen gaan, is het goed om eerst de kernbegrippen af te bakenen die in de naam van het initiatief vervat zitten:

  • Virtueel: het VMGCV is virtueel in die zin dat het geen fysieke gedaante en geen fysieke collectie heeft, maar alleen digitaal bestaat. De term ‘virtueel’ beperkt het museum niet tot virtual reality als technologie. Als digitaal initiatief wil het VMGCV steeds nieuwe technologieën inzetten om erfgoedbelevingen te creëren. Virtual reality is er daar één van.
  • Museum: het VMGCV is geen museum volgens de definitie van het ICOM in die zin dat het zich beperkt tot de communicatie- en de tentoonstellingsfuncties, en zich niet bezig houdt met de aankoop, de (fysieke) conservatie, en het onderzoeken van erfgoed. Het VMGCV richt zich op de publiekswerking, op de beleving van erfgoed.
  • Geschiedenis: in het VMGCV vertrekt de geschiedenis vanaf de prehistorie, niet vanaf de recentere geschreven bronnen of vanaf de oprichting van België, en ze loopt tot vandaag.
  • Cultuur: in de context van het VMGCV verwijst de term 'cultuur' naar elk menselijk ingrijpen. Het gaat dus niet alleen om kunst, maar ook onder andere om volkscultuur, ontwerp, wetenschap, politieke, sociale en economische ontwikkelingen, ruimtelijke ordening, en levensbeschouwelijke thema’s.
  • Vlaanderen: in het VMGCV verwijst 'Vlaanderen' naar de regio zoals die veranderd is en met de rest van de wereld verbonden is doorheen de geschiedenis.

Tot slot is er een zesde kernbegrip dat niet in de naam van het initiatief voorkomt, maar er wel een essentieel deel van uitmaakt, nl. 'erfgoed'. Het VMGCV wil de geschiedenis en cultuur van Vlaanderen tot leven brengen aan de hand van erfgoed in brede zin, zowel roerend, onroerend als immaterieel erfgoed.

Wat komt er in het museum?

De inhoud van het virtueel museum zal meegroeien in de levensloop van het project. Het is echter niet de bedoeling om een exhaustief erfgoedportaal te worden waarin bezoekers via bv. zoekfuncties en filters actief op zoek kunnen gaan naar om het even welk erfgoedelement. Daarvoor bestaan al een aantal andere (deel)oplossingen waar het virtueel museum weinig aan zou kunnen toevoegen.

Om een boeiende beleving aan te kunnen bieden aan een breed publiek, wil het virtueel museum inhoud cureren. Dat veronderstelt dat er inhoudelijke keuzes gemaakt worden, en dat is begrijpelijkerwijs een gevoelig punt: Hoe komen die keuzes immers tot stand? Wie maakt ze? Waarom worden bepaalde elementen wel of niet gekozen?

Net omdat het virtueel museum zal groeien, kunnen die keuzes niet uitgaan van één of andere vaste lijst. Om voortdurend inhoud toe te kunnen voegen, is er eerder nood aan een selectiekader dat een aantal keuzecriteria biedt. Ook die keuzecriteria zijn niet in steen gebeiteld. Omdat de maatschappij waarin het virtueel museum functioneert steeds verandert, moeten de keuzecriteria mee kunnen veranderen om relevant te blijven. Belangrijk daarom is dat ze transparant en publiek zijn en zo discussie en evolutie toelaten.

Uit de missie van het virtueel museum en het overleg tot nu toe met de erfgoedsector komen er al een aantal eerste keuzecriteria naar voren.

Uit de missie van het virtueel museum:

  • Criterium 1: de selectie moet representatief zijn voor de hele geschiedenis, van de prehistorie tot nu, van archeologische resten tot verbanden tussen erfgoed en de actualiteit.
  • Criterium 2: de selectie moet representatief zijn voor alle aspecten van de cultuur, van hoe we eten, werken, wonen, leren, samen leven en besturen tot hoe we ons vermaken, verwonderen en ons leven mooier maken.
  • Criterium 3: in de selectie moeten alle vormen van erfgoed aan bod komen, zowel het roerende, onroerende als immateriële erfgoed in hun breedste zin.
  • Criterium 4: de selectie is representatief voor erfgoed binnen de historisch veranderlijke grenzen van Vlaanderen - al dan niet beïnvloed door de wereld waarvan dit deel uitmaakt - en voor de sporen die Vlaanderen erbuiten heeft nagelaten.

Aanvullend uit het overleg met de erfgoedsector tot nu toe:

  • Criterium 5: de verhalen over de geschiedenis en cultuur van Vlaanderen en het erfgoed dat ervan getuigt, representeren verschillende perspectieven (meerstemmigheid en multiperspectivisme). Daardoor worden ook moelijke bladzijden uit de geschiedenis of aspecten van de cultuur belicht.
  • Criterium 6: de selectie omvat zowel bekend, onbekend als bedreigd erfgoed, van door UNESCO of als topstukken erkend erfgoed tot een kapel aan een boom, en een unieke platbodem die dreigt te vergaan.
  • Criterium 7: de verhalen vertellen zowel de grote als de kleine geschiedenis, van grote gebeurtenissen en evoluties die een rode draad vormen tot de persoonlijke getuigenissen, lokale verhalen en fait divers die er een menselijk gelaat aan geven.
  • Criterium 8: hoewel dit een eerder commercieel criterium is, lijkt het vanuit de wegwijzerfunctie van het virtueel museum zinvol om bij de keuze van verhalen en erfgoedelementen ter onderlinge versterking rekening te houden met de bredere programmatie binnen de erfgoedwereld en erfgoedtoerisme, bv. een jubileumjaar, een culturele hoofdstad ...

We testen deze criteria uit in een aantal workshops met de erfgoedsector over verhaallijnen die we willen toepassen in de prototypes. Deze prototypes zijn interactieve demo's van het museum. De prototypes zullen we bouwen vanaf mei 2022.

Wie beslist er over wat er in virtueel museum komt, en wie zal het voeden?

De selectiecriteria in het inhoudelijke kader worden toegepast en beheerd door een redactionele werking, die de volgende vorm kan aannemen:

  • Een eigen redactieteam staat in voor het schetsen van verhaallijnen, voor de samenwerking met andere erfgoedorganisaties, met creatieve partners en met het publiek, en voor het dagelijks aanmaken en beheren van inhoud. Het selectiekader dient daarbij als leidraad.
  • Het redactieteam wordt bijgestaan door een adviesraad die periodiek samenkomt om de voorgestelde verhaallijnen te evalueren. De adviesraad refereert ook aan het selectiekader en oordeelt of er zich wijzigingen aan het kader opdringen. Om onafhankelijkheid en diversiteit te garanderen, is het aangeraden de samenstelling van de adviesraad periodiek te wijzigen en het voorzitterschap te roteren. De leden kunnen komen uit professionelen, vrijwilligers en beoefenaars in de erfgoedsector, uit de academische wereld, uit sociaal-culturele organisaties die een band met erfgoed hebben, en zelfs uit de toeristische sector of het bedrijfsleven.
Hoe verhoudt het virtueel museum zich tot de Canon van Vlaanderen?

De Canon van Vlaanderen zal een overzicht bieden van ankerpunten uit onze Vlaamse geschiedenis en cultuur. Een commissie van experten bepaalt de inhoudelijke invulling ervan. In het najaar van 2022 zal de canon klaar zijn. Het virtueel museum wil erfgoed over heel Vlaanderen en ver daarbuiten digitaal samenbrengen en verbinden via verhalen. De Canon van Vlaanderen en het virtueel museum zijn twee gescheiden initiatieven, al laat het virtueel museum wel toe om de ankerpunten uit de canon te verbeelden. Meer info over de Canon van Vlaanderen vind je hier: https://www.canon.vlaanderen/.

Hoe wil het museum het publiek helpen verbreden?

Het virtueel museum wil een stapsteen en een wegwijzer zijn voor een breed publiek, ook mensen die vandaag om allerlei redenen weinig of niet ingaan op het rijke erfgoedaanbod van Vlaanderen. Om het publiek te verbreden, willen we inzetten op twee pijlers:

  • Een digitale erfgoedbeleving die digital storytelling en gamification combineert om de drempel naar erfgoed te verlagen. De geschiedenis en het erfgoed dat daarvan getuigt is een ongemeen rijke bron van verhalen die ook vandaag iedereen kunnen boeien, of ze nu bewoner of bezoeker zijn. We geloven dat het virtueel museum als infotainmentplatform met respect voor geschiedenis en erfgoed een breder publiek kan interesseren en de weg kan wijzen naar ons erfgoed.
  • Behalve met een eigen platform willen we met die belevingen dat publiek vooral bereiken langs de kanalen die ze vandaag al gebruiken. We mogen dus zeker niet verwachten dat mensen naar het virtueel museum komen. Het virtueel museum moet naar hen toe gaan.
Hoe zal dat publiek het museum kunnen gebruiken?

Geïnteresseerde gebruikers kunnen actief op zoek gaan verhalen over bepaalde onderwerpen, naar lopende of geplande erfgoedevenementen en naar erfgoedplekken in hun dagelijkse omgeving of een plaats die ze willen bezoeken. Maar om het publiek te verbreden willen we het ook op sleeptouw kunnen nemen en binnentrekken in verhalen waarin ze spelenderwijs de geschiedenis en het erfgoed van Vlaanderen ontdekken. In de mate dat gebruikers informatie over zichzelf delen, willen we het aanbod afstemmen op hun locatie en interesses.

Hoe wordt het publiek betrokken in het traject?

Tijdens de verkenning en de uitwerking van het concept in 2021 hebben we het publiek betrokken via bevragingen, interviews op straat en kleinschalige gebruikerstesten. In sessie 3 van de ontwerpdagen met de erfgoedsector hebben we de plannen toegelicht voor een breder publiekstraject. Dat idee werd gesteund, maar tegelijk waren er bedenkingen over het bereiken van alle segmenten in de brede doelgroep van het virtueel museum. Daarom kiezen we om in 2022 bij de ontwikkeling van de prototypes voor het museum kleinschaliger maar gericht en intensief samen te werken met het publiek, en het bredere traject naar achteren in het ontwikkelproces te schuiven.

Richt het museum zich ook op een publiek buiten Vlaanderen?

Het concept voor het museum laat toe om ook een publiek buiten Vlaanderen aan te spreken en laat ondersteunende functies zoals meertaligheid toe. Om sneller vooruitgang te maken en de kosten te beheersen terwijl we stapsgewijs groeien, leren en verfijnen, starten we met een Nederlandstalige versie van het museum en een communicatieplan dat zich eerst richt op een lokaal publiek.

Hoe verhoudt het museum zich tot andere digitale erfgoedinitiatieven van de Vlaamse overheid?

Het voorbereidingstraject voor het virtueel museum stemt sinds de start af met andere digitale erfgoedinitiatieven binnen de Vlaamse overheid:

  • Business cases digitale collecties: in overleg met de brede erfgoedsector werkt Digitaal Vlaanderen aan een reeks business cases voor bouwstenen die erfgoedactoren kunnen hergebruiken om hun digitale plannen te realiseren. Bouwstenen op de radar gaan van opslag en verrijking tot ontsluiting en crowdsourcing. Met zijn focus op digitale erfgoedbeleving denken we dat het virtueel museum een partner kan zijn voor de ontwikkeling van bouwstenen voor digital storytelling.
  • Doelgericht digitaal transformeren: om cultuurdata efficiënter te kunnen delen over actoren heen, is Departement Cultuur, Jeugd en Media bezig met het uittekenen en opzetten van een uitwisselingsplatform waarop dataproducenten en afnemers kunnen aansluiten. Naarmate dit platform databronnen ontsluit, wil het virtueel museum in zijn wegwijsfunctie onder andere erfgoedevenementen oppikken langs deze weg.
  • OSLO en open data: samen met meemoo, VKC en andere organisaties zetten we in op open data en specifieke standaarden die zich binnen Vlaanderen daarrond ontwikkelen zoals OSLO.
  • Burgerprofiel: voor mensen die zich willen registreren op het platform, willen we de optie aanbieden om het burgerprofiel als identity provider te gebruiken. Andere opties die we willen voorzien zijn het UiTID, en social media providers zoals Google en Facebook.
  • SOLID: we volgen de ontwikkelingen van SOLID in Vlaanderen om daar op termijn ook gebruik van te kunnen maken voor het beheer van gebruikersgegevens.
Waar vind ik meer informatie over de opdracht?

Het Regeerakkoord van de Vlaamse Regering 2019-2024 (p. 128) stelt: ‘We starten een traject om onze Vlaamse geschiedenis te ontsluiten in een museum voor de geschiedenis en cultuur van Vlaanderen. De regering onderzoekt hiervoor verschillende scenario’s en zal nog deze regeerperiode de eerste concrete stappen zetten.’ 

In de Beleidsnota 2019-2024. Cultuur (p.24) wordt deze beslissing als volgt geconcretiseerd: ‘Via een geïntegreerd cultureel-erfgoedbeleid dat ook de uitvoering van het Cultureelerfgoeddecreet omvat, zet ik in op het borgen en ontsluiten van het geheugen van de samenleving. In een inclusief en gedeeld geheugen hebben alle groepen en individuen een volwaardige plaats en komen verschillende stemmen en perspectieven aan bod. In dit kader starten we een traject om onze Vlaamse geschiedenis te ontsluiten in een museum voor de geschiedenis en cultuur van Vlaanderen.'