Het Tourpeloton in de schaduw van de eerste wielerpioniers.
Het Tourpeloton in de schaduw van de eerste wielerpioniers.
Welk thema of onderwerp moet het publiek straks zeker in het virtueel museum zien?
De allereerste officiële wielerwedstrijd in België op 20 juli 1868 in het Jubelpark te Brussel.
Welk bijzonder verhaal is gelinkt aan dit onderwerp?
Op zaterdag 6 juli 2019 werd le Grand Depart op gang gevlagd aan het Atomium te Brussel ter ere van de vijftigste verjaardag van de eerste Tourzege van Eddy Merckx. Na een rit van 192 kilometer over een geaccidenteerd parcours met enkele gekende hellingen uit de Ronde van Vlaanderen zoals de Muur van Geraardsbergen en de Bosberg eindigde de eerste etappe aan het koninklijk paleis van Laken. Het project Karelvanwijnendaele.be verricht regelmatig onderzoek naar de roots van de wielersport en vond in de online archieven van de Koninklijke Bibliotheek aanwijzingen dat de eerste wielerwedstrijd op Belgische bodem eveneens in Brussel plaats vond. Meer nog, zonder het te beseffen hadden de organisatoren een parcours uitgestippeld dat het peloton in volle finale toevallig langs exact dezelfde plaats liet passeren waar 150 jaar terug de eerste officiële koers in ons land betwist werd. Na de eerste expeditiewedstrijden op het eiland van Billancourt tijdens de Wereldtentoonstelling van 1867, werden in Parijs al vlug de allereerste officiële wielerwedstrijden georganiseerd. Op 31 mei ging de bekendste wedstrijd door in het Parc de Saint-Cloud op een boogscheut van de Bois de Boulogne met Polocini als overwinnaar. De tweede wedstrijd van die dag werd gewonnen door de brit James Moore, die het jaar nadien tevens de eerste interstedelijke wielerwedstrijd Parijs-Rouen zou winnen. ‘Als het regent in Parijs, dan druppelt het in Brussel’ aldus luidt het spreekwoord. Het kon dus niet lang duren vooraleer onze hoofdstad ook haar eerste wedstrijd van deze nieuwe sport zou inrichten. En de beste gelegenheid om dit nieuwe fenomeen aan het grote publiek voor te stellen zou zich tijdens de daarop volgende zomermaanden aanbieden. Gemeentelijke feesten Tijdens het voorjaar van 1868 hadden enkele burgers en medewerkers van de administratieve diensten van de stad Brussel het idee opgevat om de gemeentelijke kermisfeesten nieuw leven in te blazen. De festiviteiten zouden doorgaan van zondag 19 tot de volgende zondag 26 juli en vielen samen met meerdere feestelijkheden zoals de jaarlijkse Ommegang, het Heilig Sacrament van Mirakel en de viering van de inauguratie van koning Leopold I op 21 juli. Voor een evenement van dergelijke omvang had men een grote oppervlakte nodig. De keuze viel dus al vlug op een stuk braakliggend terrein net buiten de toenmalige stadsgrenzen ten noorden van Etterbeek dat door het leger en de burgerwacht gebruikt werd als oefenterrein, toen beter bekend als het Champ de Manoeuvres. Het was trouwens niet voor het eerst dat het oefenplein gebruikt werd om sport- en andere manifestaties te organiseren. Enkele jaren voordien richtte de Société d’Encouragement pour l’Amériolation des Races de Chevaux et le Développement des Courses en Belgique op het terrein de jaarlijkse paardenkoersen in ter gelegenheid van de Onafhankelijkheidsfeesten in september. Kosten noch moeite werden gespaard om de kermis succesvol te laten verlopen, het moest een spektakel worden naar het beeld van de Vlaamse kermis die voorheen duizenden dagjestoeristen naar de hoofdstad lokte. Op het vierendertig hectare grote oefenterrein werden honderden tenten en kraampjes opgericht. Voor Koning Leopold II, zijn echtgenote Maria Hendrika van Oostenrijk en hun gevolg die regelmatig de feestelijkheden bijwoonden, werden speciale paviljoens en tribunes opgericht. De plannen van Victor Besme om, in opdracht van de jonge en ambitieuze Leopold II, op het oefenterrein een tiental jaren later naar aanleiding van de vijftigste verjaardag van de Belgische onafhankelijkheid een park met triomfbogen aan te leggen, lagen reeds klaar. Dit park zou pas in 1888 haar definitieve naam krijgen, het Jubelpark. Dagelijks werden er tientallen attracties georganiseerd zoals ballonvaarten, meerdere optredens van zang- en dansverenigingen, orkesten, harmonieën en fanfaren. Naast de verschillende militaire parades mocht het traditionele défilé op 21 juli natuurlijk niet ontbreken. De processie van het heilig Sacrament van Mirakel werd opgevoerd, de plaatselijke reuzen en reuzinnen deden hun rondgang en het Amerikaans circus Bell & Myers dat ter gelegenheid van de feestelijkheden was uitgenodigd maakte regelmatig een optocht met hun wilde dieren tot in de Brusselse binnenstad. ’s Avonds werden de feestelijkheden in de tenten verder gezet met grote volksbals en dansgelegenheden die meestal eindigden met het afsteken van vuurwerk. Twee officiële wielerwedstrijden Naast enkele sportwedstrijden zoals karabijnschieten, schermen, pony- en paardenwedrennen werden voor het eerst in België ook twee wielerwedstrijden georganiseerd. Er zal ongetwijfeld net als in Frankrijk voordien reeds hier of daar een informele wielerwedstrijd doorgegaan zijn maar deze koersen waren de eerste die door een hogere instantie georganiseerd en officieel aangekondigd werden, waar iedereen kon aan deelnemen door zich vooraf in te schrijven, met een vooraf bepaalde prijzenpot en waarvan de uitslagen enkele dagen nadien ook verschenen in de plaatselijke pers. Voor deze koers kon men zich inschrijven tot maandagmiddag op het bureau van de feestencommissie in de Hoornstraat te Etterbeek, in een herberg op de Grote Markt of ter plaatse op het Champ des Manoeuvres, op het Leuvenseplein. Voor de eerste drie deelnemers van beide wedstrijden waren er prijzen voorzien. De winnaar kreeg een kunstwerk ter waarde van 150 Bef en een vergulden medaille, de tweede een vergulden medaille en de derde een zilveren medaille. Le Bien Public meldde dat men de ingeschreven wielrenners ’s avonds kon zien trainen op de Groendreef. In La Meuse stond dat de beste wielrenners van Parijs zich hadden ingeschreven en riep alle Luikenaars op om de Belgische eer te verdedigen. De twee wedstrijden gingen door op maandagnamiddag 20 juli en kenden maar een matig succes want slechts drie deelnemers daagden op. De eerste wedstrijd was een snelheidskoers over een afstand van 1500 meter die gewonnen werd door Gerinroze, de tweede was een traagheidskoers over 250 meter gewonnen door een zekere Etienne. Bij beide wedstrijden kregen enkel de winnaars hun prijs uitgereikt, de andere deelnemers waren mogelijks ten val gekomen en werden hierdoor niet in de uitslag opgenomen. Michaux vélocipèdes Waarschijnlijk reden de wielrenners met een Michaux vélocipède, genoemd naar de uitvinder Pierre Michaux. De Michaux-fietsen hadden een slank metalen frame, houten wielen en vaste pedalen op het voorwiel. Een dergelijke machine koste nieuw al gauw 300 frank, terwijl een doorsnee arbeider rond 1870 gemiddeld 600 Bef per jaar verdiende. Het onderzoek over de allereerste wielerwedstrijd in Brussel kende nog een verrassend aangenaam vervolg want ook naar de gemeentelijke feesten in 1868 was nog maar weinig research verricht. Ondertussen heeft Pieter-Jan Lachaert, stadsarchivaris van Stad Gent, tijdens zijn bezoek aan het Archief van de Stad Brussel overweldigend bewijs gevonden over de festiviteiten en de wielerwedstrijd met prachtig geanimeerde affiches, vermeldingen in de gemeentelijke notulen, wederzijds briefverkeer tussen organisatoren en de gemeentelijke diensten, enz.
Waarom mag dit erfgoedverhaal niet ontbreken voor ons publiek in het virtueel museum?
Fietsen en wielrennen zijn essentiële onderdelen van onze cultuur, het ene op gebied van transport en mobiliteit, het andere op gebied van vrijetijdsbesteding en sport. De fiets heeft tot tweemaal een uitkomst geboden voor mobiliteitsproblemen, een eerste keer tijdens de late 19de eeuw toen het paardenverkeer de steden deed dichtslibben en een tweede keer gebeurt op dit moment ten gevolge van het vele autoverkeer. En dat wielrennen een van de belangrijkste disciplines is van de Vlaamse sportcultuur, behoeft geen verdere uitleg. Statements die regelmatig herhaald worden zoals 'De koers is van ons' spreken voor zich en bevestigen de wielergekte waaraan Vlaanderen de laatste honderd jaar regelmatig werd en wordt blootgesteld.
Is het erfgoedverhaal verbonden met de plannen van jouw organisatie in 2024 en 2025? Zo ja, waarmee dan?
Het verhaal maakt deel uit van een breder onderzoeksproject over de (pre)historie van het wielrennen (1860-1920)
Met welke historische periode(s) is dit erfgoedverhaal verbonden?
De moderne tijd
Met welke plaats(en), voorwerpen of erfgoedelementen is dit erfgoedverhaal verbonden?
Brussel, Etterbeek, Jubelpark, gemeentefeesten, kermis, koers.
Kun je enkele weblinks meegeven naar achtergrondmateriaal?
http://karelvanwijnendaele.be/research.html