Schittert jouw verhaal straks in het virtueel museum?
Schittert jouw verhaal straks in het virtueel museum?
Op 12 maart 2024 lanceerden we FAAM, het virtuele museum van Vlaanderen, met verhalen die voortbouwden op voorstellen van vele erfgoedcollega's. Wil je jouw cultureel erfgoed laten schitteren in het museum? Bezorg ons dan jouw voorstel via het formulier hieronder.
Deze verhalen werden reeds ingediend
Een unieke inkijk in een 18de-eeuws hospitaal
Het Sint-Janshospitaal in Brugge is één van de oudst bewaarde hospitaalgebouwen van Europa. De oude hospitaalzalen, de kapel, het zuster- en broederklooster, de historische apotheek ademen gewoonweg geschiedenis en de (kunst)voorwerpen die er worden bewaard en getoond, zijn specifiek gemaakt voor deze context. Ze getuigen van acht eeuwen zorg voor lichaam en ziel op deze plek. Het schilderij 'Zicht in de ziekenzalen' (1778) van Jan Beerblock biedt een unieke kijk in het vroegere hospitaalleven.
De historische collectie Agfa-Gevaert: een uniek stuk Vlaams industrieel en cultureel erfgoed
De historische collectie Agfa-Gevaert vertelt het verhaal van een bedrijf dat uitgroeide tot een wereldspeler, maar vertelt ook de geschiedenis van onze binnenlandse fotografie en van de industrialisering in de eerste helft van de 20ste eeuw. De collectie is heel divers en bevat allerlei objecten, onder meer de verschillende fotopapieren van Gevaert, verpakkingen, toestellen, maquettes, briefwisseling en demonstratie-albums. Het merendeel van de collectie stamt uit de periode van het bedrijf vóór de fusie van Gevaert met Agfa in 1964 (vandaar de benaming historische collectie Agfa-Gevaert). Sporen van de belangrijke economische, sociale en Vlaamse ontwikkelingen zijn overvloedig terug te vinden in de historische collectie Agfa-Gevaert, die hierdoor een monumentaal gewicht krijgt. De ontstaansgeschiedenis van deze verzameling is trouwens opmerkelijk. De historische collectie is geen zuiver bedrijfsarchief: het bedrijf zelf was er amper bij betrokken. Agfa-Gevaert had namelijk geen collectiebeleid: het waren in de eerste plaats (ex-)werknemers die zich engageerden om stukken te verzamelen. Zo valt het grote aandeel persoonlijke documenten en objecten in de collectie op, terwijl het archief van het bestuursniveau minder volledig is overgeleverd.
Medicinale oorsprong van jenevers en likeuren
Sterkedranken waaronder jenevers en likeuren vinden hun oorsprong in medicinale toepassingen die vaak "per druppel" werden toegediend en gearomatiseerd met allerhande extracten en -distillaten van kruiden, niet alleen om de alcoholische smaak te verzachten maar ook en vooral omwille van de geneeskrachtige eigenschappen toegeschreven aan die kruiden. Elixir, de meest bekende en meest gedronken likeur in Vlaanderen, kent een gelijkaardige oorsprong en toepassing maar het bijzondere aan deze likeur is dat zij ook een opvallende plaats inneemt in de ontwikkeling van de dierengeneeskunde.
De Codex Eyckensis, het oudste boek van België
De Codex Eyckensis is het oudste bewaarde verluchte evangelieboek in België, Nederland en Luxemburg. Het uit twee delen bestaande perkamenten handschrift zou geschreven en verlucht zijn door een monnik in de tweede helft van de 8e eeuw. Het behoorde eens tot de vroegmiddeleeuwse abdij van Aldeneik aan de Maas, en wordt sinds 1571 bewaard in het nabijgelegen Maaseik. De Codex Eyckensis illustreert en symboliseert de zgn. tweede kersteningsgolf, toen Angelsaksische missionarissen zoals Bonifatius door Rome naar de Frankische en heidense gebieden in Noordwest- Europa werden gezonden om daar het christelijk geloof te verspreiden en kloosters te stichten. Vergelijkend onderzoek met andere gelijkaardige codices wees uit dat de Codex Eyckensis wellicht werd vervaardigd in het door Willibrordus gestichte klooster in Echternach (nu Luxemburg) en dat het van daaruit in het vrouwenklooster van Aldeneik is beland. Dergelijke codices werden gebruikt om het woord van God te prediken onder te bekeren volkeren. Dit proces vormde de motor voor de kerstening van Noordwest-Europa en dus ook het huidige Vlaanderen. Het christelijk geloof zou tot de dag van vandaag het leven, denken en doen van de bevolking aldaar sterk bepalen.
De middeleeuwse stad Ieper op kaart
De Vlaamse steden behoren in de middeleeuwen tot de grootste van Europa. Ieper telt op een bepaalt moment maar liefst 40.000 inwoners, dat is meer dan vandaag. Bovendien zijn de steden rijk. Voor Ieper is deze rijkdom te danken aan de bloeiende lakenindustrie. De rijkdom zie je mooi weerspiegelt op het oudste stadsplattegrond van Ieper. Google Maps avant la lettre. Recente archeologische opgravingen bevestigden bovendien enkele details op de kaart.
Molenforum Vlaanderen vzw
De vereniging stelt zich tot doel een overkoepelend forum te vormen voor alle in Vlaanderen werkzame molenverenigingen en molenmusea. Zij streeft ernaar alle onderzoeksvelden te behartigen die worden bestreken door molinologie. Molenforum Vlaanderen zet de moleneigenaars ertoe aan om hun cultureel erfgoed te restaureren en te onderhouden, adviseert en verleent steun bij de samenstelling van onderhouds- en restauratiedossiers en geeft desgevraagd praktische steun bij de uitvoering ervan. Zij steunt de "Europese Molenmaand Mei". Elk jaar wordt eind april een Vlaamse Molendag georganiseerd in de vijf Vlaamse provincies.
Emile Wambach (Aarlen, 1854 - Antwerpen, 1924): oorlogscomponist en gecontesteerd conservatoriumdirecteur
De oprichting in 1867 van de Vlaamsche Muziekschool met de jonge componist-dirigent Peter Benoit (1834-1901) aan het hoofd, is van grote betekenis voor de Vlaamse cultuurgeschiedenis. De school - vanaf 1897 Koninklijk Vlaams Conservatorium - was de eerste instelling waar jongens en meisjes in het Nederlands een hogere opleiding muziek en toneel konden volgen. Sindsdien zijn er vele generaties musici, componisten, acteurs, woordkunstenaars en later ook dansers afgestudeerd, die het Vlaamse cultuurleven kleur(d)en. Uit het Antwerps Conservatorium ontstonden ook het kunstencentrum deSingel en de instrumentencollectie van het Museum Vleeshuis. In 1867 aanvaardde Peter Benoit het directeurschap van de Antwerpse Ecole de Musique op voorwaarde dat hij deze school onder de naam Vlaamsche Muziekschool van Antwerpen kon inschakelen in de Vlaamse muziekbeweging. Benoits visie op muziek, zijnde de inschakeling ervan in de V.B., lokte heel wat tegenstand uit. Ook het belang dat hij hechtte aan de nationaal-culturele aspecten van de opleiding, contrasteerde sterk met de uitsluitend technisch-muzicale accenten in de opleiding aan de traditionele conservatoria. Vandaar dat de school pas door het Koninklijk Besluit van 28 juni 1898 erkend werd als 'Koninklijk'. Meteen werd het Koninklijk Vlaams Conservatorium de eerste Belgische instelling van hoger onderwijs waar het Nederlands de officiële voertaal was. Het mocht dan ook het predikaat 'Vlaams' als een voorrecht in zijn naam bewaren. Geïnspireerd door Duitse voorbeelden ontwierp Benoit als eerste directeur een eigen Algemeen Leerplan dat hij in 1900 publiceerde, maar dat nooit volledig toegepast werd. Het voorzag onder meer in drie afdelingen: een voorbereidende afdeling, een conservatoriumafdeling en een hogeschool. Onder de opvolgers van Benoit als directeurs, namelijk Jan Blockx (1901-1912), Emiel Wambach (1912-1924), Lodewijk Mortelmans (1924-1933), Flor Alpaerts (1933-1941), Jef van Hoof (1942-1944), Lodewijk de Vocht (1944-1952), Flor Peeters (1952-1968), Eugène Traey (1968-1980), Kamiel Cooremans (1980-1991) en Michaël Scheck (1991-1995) bleef het Koninklijk Vlaams Conservatorium steeds een van de belangrijkste centra van de Vlaamse muziek. Toch had het vaak met tegenwerking af te rekenen. Zo werden eerst in 1922 de bezoldigingen van de leraars gelijkgesteld met die van de andere koninklijke conservatoria. Ook zou het tot in 1968 duren eer het gebouw aan de Sint-Jacobsmarkt dat in 1886 als 'voorlopig' onderkomen aan de school was toegewezen, kon geruild worden voor het nieuwe gebouwencomplex dat onder de benaming de Singel aan de voormalige Wezenberg werd opgetrokken. De bibliotheek waarvan de grondslag in 1874 werd gelegd, mede door schenkingen en legaten, is uitgegroeid tot een der belangrijkste in het land; zij bevat onder andere meer dan tienduizend handschriften van Belgische en vooral Vlaamse componisten. De concertvereniging van het Koninklijk Vlaams Conservatorium die in feite teruggaat tot 1881 maar die, na heel wat hoogten en laagten, werd heropgestart in 1935, schenkt geregeld aandacht aan het werk van Vlaamse toondichters uit heden en verleden. Verschillende belangrijke verenigingen waaronder de Koninklijke Vereni
De Romeinse zilverschat van Belsele
In het derde kwart van de 3de eeuw na Christus breken Germaanse troepen door de Romeinse limes. De Romeinse provincie waar onze regio deel van uitmaakt wordt geteisterd door gewelddadige raids. Vluchten is voor de toenmalige bewoners de enige optie. (thema vluchtelingen).
De engel van "Passchendaele"
De Slag bij Passendale (1917) is een synoniem voor de ergste ontberingen van de Eerste Wereldoorlog, maar ook voor de waanzin en zinloosheid van vele gevechten. In honderd dagen werden naar schatting 600.000 soldaten gewond, gedood of vermist. Het resultaat was een frontlijn die zich slechts enkele kilometers verplaatste. Tijdens en na de oorlog verspreidde het woord "Passchendaele" en zijn beladen connotatie zich over de hele wereld.
Hasselt Hertekend
Met Architectuurwijzer willen we graag 'Hasselt Hertekend' voorstellen. Tot midden 19de eeuw kenmerkt Hasselt zich als een middeleeuws stadje met kerken, kloosters, jeneverstokerijen en burgerwoningen binnen de omwalling. De erkenning als provinciale hoofdstad in 1839, de afbraak van de stadsomwalling en de aanleg van een boulevard, een spoorlijn en een kanaal zorgen voor een keerpunt in de geschiedenis. Vanaf het midden van de 19de eeuw wordt Hasselt in diverse fases ‘hertekend’ tot de stad die we vandaag kennen.
Vierkante schoonheid
Tussen 1840 en 1940 was België internationaal toonaangevend voor de productie van keramische vloer- en wandtegels met fabrieken als Boch Frères uit La Louvière, Helman uit Brussel / Sint-Agatha-Berchem en de Manufactures de Céramiques d'Hemixem Gilliot & Cie. Vooral in de art nouveauperiode was de decoratieve tegel een groot succes met internationale export binnen Europa, maar ook naar Latijns-Amerika, Afrika en Azië, en tot de verbeelding sprekende bestemmingen als Montevideo, Buenos Aires, Cuba, Egypte of Singapore.
De Mechelse catechismus. Geloofsonderricht voor het volk.
De Mechelse catechismus is een in de kerkprovincie Mechelen officieel door de bisschoppen uitgevaardigde samenvatting van de kerkelijke leer. Sinds de oprichting van het bisdom en de kerkprovincie Mechelen in 1559 werden er vier 'Mechelse' catechismussen uitgevaardigd. We willen de aandacht vestigen op de tweede Mechelse catechismus, getiteld "Catechismus oft Christelijcke leeringhe ghedeylt in vyf deelen ende een en veertigh lessen voor de catholycke Jonkheydt van het Aartschbisdom ende alle andere Bisdommen der Provincie van Mechelen". De eerste uitgave verscheen te Antwerpen bij Jan van Keerbergen in 1623. In KU Leuven Bibliotheken Maurits Sabbebibliotheek bevindt zich een exemplaar van deze eerste editie uit de collectie van de voormalige Oude Bibliotheek van het Grootseminarie Mechelen. Het exemplaar behoorde toe aan Jan Malderus, bisschop van Antwerpen van 1611 tot 1633, en bevat ook een aantekening van zijn hand. Jan Malderus heeft samen met de jezuïet Willem de Pretere, zijn biechtvader en eerste catechist, een groot aandeel gehad in de redactie van deze catechismus. De catechismus van 1623 kende veel herdrukken en bleef meer dan twee eeuwen lang (tot 1842) de eenheidscatechismus van de Mechelse kerkprovincie. Het is één van de meest invloedrijke boeken van het vroegmoderne Vlaanderen.
Zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten te Hasselt
De Hasseltse Zevenjaarlijkse Virga Jessefeesten. Eeuwenjong
Museum van antieke paardenkoetsen + ambacht restauratie van antieke paardenkoetsen
We zijn een museum met een collectie van antieke paardenkoetsen, gelegen te Bree. Op dit moment bestaat de collectie uit koetsen uit heel Europa. Het is de bedoeling in de toekomst om heel wat stukken uit de collectie te vervangen door koetsen die gebouwd zijn door Belgische koetsenbouwers. Naast deze koetsen besteden we ook aandacht aan het ambacht van koetsenbouwer.
De ommegangtradities van stad Dendermonde
Elke laatste donderdag van augustus komen tienduizenden mensen een fijne zomeravond beleven in onze historische binnenstad voor ‘Katuit’: de historische reuzenommegang van Indiaan, Goliath en Mars. Elke editie is tevens een herinnering dat de tienjaarlijks Ros Beiaardommegang dichterbij komt. Een vermelding van de traditie, de ommegangen zelf of hun elementen lijkt ons dus een meerwaarde te zijn voor jullie museum. De verhalen en elementen kunnen dan ook naar alle mogelijke dragers vertaald worden, van spoken word tot 3D prints. Ons rijk archief zal jullie ongetwijfeld inspireren om iets leuks te creëren.
Driekoningentaart
Het Bakkerijmuseum verzamelt sporen van het bakambacht en de bakcultuur in Vlaanderen. De traditie van Driekoningen en de bijbehorende taart is vandaag nog steeds een traditie die tot de levendige en rijke bakcultuur van Vlaanderen behoort.
Sint-Bavo en de valkerij in de Vlaanderen
Valkerij is zowel in Vlaanderen als door UNESCO erkend als immaterieel cultureel erfgoed. In de periode van de gulden middeleeuwen, onder het bewind van de Bourgondiërs kende de valkerij in de Nederlanden een hoogconjunctuur. De bekendste figuur was Maria Van Bourgondië, toen vorstin van de Nederlanden, welke op 27 maart 1482 verongelukte tijdens een reigerjacht met valk te Torhout. Ze ligt begraven in de O.L.V. Kerk te Brugge. Elk jaar, op de eerste zondag van oktober vieren valkeniers de naamdag van hun patroonheilige Sint-Bavo in de Sint-Baafskathedraal te Gent welke tevens patroonheilige is van het bisdom Gent.
De tuin van Rubens
De tuin van het Rubenshuis vormt een belangrijk kruispunt op de historische site, zowel vandaag als in Rubens’ tijd. Toen al was het een groene oase en een plaats van verpozing. Momenteel wordt er hard gewerkt aan de uitvoering van een nieuw tuinontwerp. De plantenkeuze grijpt terug naar variëteiten die in Rubens’ tijd gebruikt werden. De historische tuin vertegenwoordigt een onderbelicht type erfgoed en herbergt ook de enige twee originele 17de-eeuwse architecturale elementen van het Rubenshuis: de portiek en het paviljoen.
De Lakenhallen van Ieper, meervoudig icoon
De heropgebouwde Lakenhallen van Ieper zijn een belangrijk symbool van oorlogsleed en van wederopstanding. Het In Flanders Fields Museum en het Yper Museum zijn er in onder gebracht.
De Stiene Steekers zijn een groep vrouwen die de oude traditie van het garnaalvissen in ere herstellen. Wij gaan te voet in zee, bij laagwater, met een steeknet met een steek
garnaalstoet , laatste zondag van juni in Oostduinkerke
Bernard Campmans, 40ste abt van de Duinenabdij (1623-1642): meesterlijk strateeg
Het Abdijmuseum verwierf recent meerdere stukken die verwijzen naar abt Bernard Campmans, een van de grootste strategen van de Duinenabdij. - Hij slaagde kort na zijn verkiezing erin om het vermeende lichaam van Abt Idesbald temidden de ruïne op te graven. Hij legde zo de basis voor de nog altijd bestaande devotie rond de Z. Idesbald. Het bezoek van aartshertogin Isabella gaf de prille verering de nodige boost. - Als gewezen rentmeester van Kloosterzande (NL) saneerde hij de abdijfinanciën en bracht hij de gemeenschap naar Brugge. - Hij verwierf van de bisschop van Brugge de vroegere dochterstichting Ter Doest. Hij liet op haar domein in Brugge de nieuwe abdij bouwen; nu het Grootseminarie. - Hij stimuleerde het culturele leven door de herinrichting van de bibliotheek, liet monniken studeren aan universiteiten en bestelde kunstwerken bij gerenommeerde kunstenaars uit die tijd.
De eerste mensen in Vlaanderen
De tot nog toe oudste sporen van menselijke aanwezigheid in het gebied dat we tegenwoordig het Vlaamse gewest noemen zijn minstens 400000 jaar, maximaal 500000 (een half miljoen) jaar oud. Het gaat om silex (vuurstenen) werktuigen gemaakt door Heidelbergmensen (Homo heidelbergensis). Heidelbergmensen waren de voorouders van zowel de neanderthaler (Homo neanderthalensis) als van de moderne mens (Homo sapiens). De Heidelbergmens was 700000 à 500000 jaar geleden de eerste mensensoort die Europa ten noorden van de Alpen en de Pyreneeën koloniseerde. Het is dus mogelijk dat er in de Vlaamse ondergrond nog oudere resten op ontdekking wachten. In onze gewesten bevinden archeologische sites uit die tijd zich immers zeer diep onder de grond. Dat komt omdat ze tijdens de ijstijden begraven zijn onder metersdikke zand- of leemafzettingen. Ze komen daarom slechts bij toeval aan het licht onderin metersdiepe zand- of leemgroeves. Tussen 300000 en 200000 jaar geleden evolueerden de Heidelbergmensen ongeveer gelijktijdig in Europa tot neanderthalers en in Afrika tot moderne mensen.